ontbreken van parkeerruimten, belasting 2014-2019
datum goedkeuring
18 november 2013
datum bekendmaking
4 december 2013
Art.1.- Met ingang van 1 januari 2014 en voor een termijn eindigend op 31 december 2019 wordt een belasting geheven op het ontbreken van parkeerplaatsen bij het optrekken van nieuwe gebouwen en bij het uitvoeren van verbouwingswerken en/of bestemmingswijzigingen aan bestaande gebouwen.
De normen, de afmetingen en de ligging van parkeerplaatsen werden vastgelegd in de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening van 22 december 2011 en latere wijzigingen op het aanleggen van parkeerplaatsen buiten de openbare weg.
Art.2.- De belasting is verschuldigd door:
1) de houder van een stedenbouwkundige vergunning
a) die, op grond van deze vergunning, ontheven wordt van de verplichting of in de onmogelijkheid verkeert één of meer van de in de stedenbouwkundige vergunning voorgeschreven parkeerplaatsen aan te leggen
b) die één of meer van de in de stedenbouwkundige vergunning verplicht aan te leggen parkeerplaatsen niet heeft aangelegd
2) de eigenaar die een andere bestemming geeft aan parkeerplaatsen, welke voor een stedenbouwkundige vergunning in aanmerking kwamen, voor de berekening van het aantal nodige parkeerplaatsen en in zoverre de inrichting blijft bestaan waaraan deze parkeerplaatsen verbonden zijn.
Art.3.-De belasting is verschuldigd na de definitieve vaststelling van het aantal ontbrekende parkeerplaatsen.
Art.4.-Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld volgens de tarieven, bepaald in de belastingverordening die van kracht was op het ogenblik van de aflevering van de stedenbouwkundige vergunning:
- voor de vergunningen, afgeleverd vóór 1 maart 2011, wordt het tarief per ontbrekende of niet behouden parkeerplaats vastgesteld op 2.500,00 euro
- voor de vergunningen, afgeleverd vanaf 1 maart 2011, wordt het tarief vastgesteld op :
- 2.500,00 euro indien er 1 parkeerplaats ontbreekt of niet behouden blijft
- 3.000,00 euro per ontbrekende parkeerplaats indien er twee parkeerplaatsen ontbreken of niet behouden blijven
- 3.500,00 euro per ontbrekende parkeerplaats indien er drie parkeerplaatsen ontbreken of niet behouden blijven
- 4.000,00 euro per ontbrekende parkeerplaats indien er vier parkeerplaatsen ontbreken of niet behouden blijven
- 5.000,00 euro per ontbrekende parkeerplaats indien er vijf of meer parkeerplaatsen ontbreken of niet behouden blijven
Art.5.- De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Art.6.- De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Art.7.- De vestiging en invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen terzake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het gelijknamig decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.Art.8.- Indien het onderzoek "de commodo et incommodo" dat nopens onderhavig besluit zal ingesteld worden geen bezwaar oplevert, of wanneer de bezwaren, die tijdens dit onderzoek worden ingediend, door de gemeenteraad worden verworpen, zal het thans gestemde reglement als definitief aangezien worden en voor het nodige gevolg aan de bevoegde overheid worden toegezonden.